Les 8

Meer woorden, meer taal! 2

1.

yǎng

werkwoord

verzorgen, opvoeden

Nǐ xiǎng yǎng yì zhī māo ma?

‘Wil je een kat hebben?‘

2.

māo

zelfstandig naamwoord

kat

Wǒ yào yí zhī māo!

‘Ik wil een kat.‘

3.

jīnyú

金鱼

zelfstandig naamwoord

goudvis

Jīnyú zhēn méi yìsi.

‘Goudvissen zijn echt saai.‘

4.

máfan

麻烦

bijvoeglijk naamwoord

lastig, gedoe

Mǎi dōngxi, wǒ juéde tèbié máfan.

‘Boodschappen doen vind ik een vreselijk gedoe.‘

 

máfan

werkwoord

lastigvallen

Máfan nín yí xià.

‘Mag ik u even lastig vallen?‘

5.

kāi wánxiào

开玩笑

werkwoord + zelfstandig naamwoord

een grap maken

Nǐ kāi wánxiào ba?

‘Je maakt zeker een grap?‘

6.

shòu-bu-liǎo

受不了

idioom

ondraaglijk

Āyō, tā yòu gěi wǒ dǎ le. Zhēn shòu-bu-liǎo!

‘Tsjonge, hij heeft me weer gebeld. Ik word er gek van!‘

7.

bú xiàng huà

不像话

idioom

nergens naar lijken, een aanfluiting

Nǐ zhèiyàng zuò, āyō, tài bú xiàng huà le ba.

‘Als je het zo doet, jeetje, dat lijkt toch nergens naar.‘

8.

tǎoyàn

讨厌

bijvoeglijk naamwoord

irritant, irritant vinden

Zhèi ge háizi jīntiān zhēn tǎoyàn.

‘Dit kind is vandaag echt irritant.‘

9.

niú

bijvoeglijk naamwoord

tof, vet, cool

Tā de yīfu zhēn niú a. Wǒ yě yào.

‘Haar kleren zijn echt tof. Die wil ik ook.‘

10.

Chě!

扯!

idioom

Onzin!

Zhōngguórén chī gǒuròu ma? Chě!

‘Chinezen eten hond? Onzin!‘